oo

Samen met Annette en Nelleke heb ik een workshop gegeven. We vinden het belangrijk dat leerlingen actief bezig zijn met het observeren en verwerken van hun eigen leefomgeving. Dit stond dan ook centraal in onze workshop.

We hebben inspiratie gehaald uit werken van kunstenaars die de omgeving herordenen en deze daarmee een andere betekenis geven:
* Ser-vies van Studio Dust
* Flora Tata Metallica van Tinkebell
* Alle vlekjs op een eik bij de parkeerplaats van Anne Geene
* Horizonblaadjes 2 van Anne Geene
* From Earth: Everywhere van herman de vries

De leefomgeving heeft een temporeel aspect. Alles wat ik nu observeer kan al anders zijn dan wat ik observeer over een halfuur: de omgeving verandert continu, maar mijn mentale gesteldheid bijvoorbeeld ook. Een goed voorbeeld hiervan is een fossiele afdruk van een varen, een beeld van de leefomgeving van miljoenen jaren geleden. Het object zien wij nu anders dan dat de Meganeura het zag gedurende het Carboon.

Flora Tata metallica
Tinkebell

Horizonblaadjes 2
Anne Geene

Varenblad
Periode: carboon

Hier kan je de lesbrief vinden.

We hebben eerst de focus gelegd op het materiaal papier - mache. Na het maken van een aantal proeven hebben we besloten dat dit materiaal niet goed handzaam bleek in deze tijd van het jaar. Tevens is een dergelijke aanpak in een klas met 52 kinderen heel complex. We hebben vervolgens gekozen om de opdracht te versimpelen voor de uitvoering in deze context. Het voordeel daarvan was dat we meer ruimte hebben kunnen nemen om te vertragen en te onderbreken.

De samenwerking met Nelleke en Annette verliep heel natuurlijk. Zowel inhoudelijk als qua werkwijze vulden we elkaar aan. Elk van ons is tot zijn recht gekomen gedurende het proces.

Het was bijzonder om te zien dat de leerlingen zich in toenemende mate bewust werden van de voorwerpen die ze zelf uit de omgeving hadden verzameld. Doordat het voorwerp werd gestript van een aantal kenmerken, bijvoorbeeld de kleur en de originele omgeving, werden de leerlingen gedwongen om te focussen op andere kenmerken zoals de vorm. Dit werd bijvoorbeeld duidelijk door een groot aantal leerlingen wat in eerste instantie de voorwerpen in de klei drukten zonder rekening te houden met de vorm van het stuk wat ze in de klei drukten: de achterkant.

Indien we de opdracht opnieuw zouden uitvoeren voor een kleinere groep, of een groter deel er van, zou ik meer willen focussen op het "activistische" aspect. Hiermee kan je de leerling een stem geven om zo meer expliciet de eigen mening te kunnen delen met de omgeving.